In 2016 kreeg De Key toestemming van de toezichthouder Autoriteit Woningcorporaties (namens de minister) voor het wijzigen van haar statuten. Huurdersvereniging Arcade is pas achteraf over deze wijziging geïnformeerd. De Key heeft toen in de statuten opgenomen dat zij zich in de bedrijfsvoering voortaan richt op zogenaamde starters. Dit zijn jonge mensen tot 28 jaar die met voorrang een sociale huurwoning krijgen aangeboden op basis van een tijdelijk huurcontract van maximaal 5 jaar. Huurdersvereniging Arcade is van mening dat huurders de primair belanghebbenden zijn en moeten blijven.
Voor zittende huurders heeft de wijziging van de statuten van De Key verstrekkende gevolgen. De Key gaat bijvoorbeeld complexen en woningen verkopen die minder geschikt zijn voor de huisvesting van jongeren. Daarnaast zorgt de toename van tijdelijke contracten voor een afname van bewonersparticipatie en worden de sociale cohesie en het burencontact ermee onder druk gezet.
Rechtszaak van Arcade
Arcade spande om deze reden vorig jaar, namens de zittende huurders, een rechtszaak aan tegen de Autoriteit Woningcorporaties. De huurders vinden namelijk dat de Autoriteit Woningcorporaties nooit toestemming had mogen geven voor de statutenwijziging. En helemaal niet zonder hun goedkeuring. De rechter gaf de huurders echter geen gelijk. Daarom gaan de huurders nu in hoger beroep.
In hoger beroep
In een aanstaand hoger beroep pleit Arcade er nogmaals voor dat het goedkeuringsbesluit van de Autoriteit Woningcorporaties vernietigd dient te worden omdat de statutenwijziging van De Key in strijd is met (het doel van) wet- en regelgeving. Het toenmalige besluit is onzorgvuldig voorbereid en er is geen rekening gehouden met de bezwaren van zittende huurders, Arcade en de gemeente Amsterdam. Lees hier de gronden die zijn ingediend ten behoeve van het hoger beroep wat Arcade heeft ingediend bij de Raad van State.
Onrechtvaardigheid in het sociale huursegment
De statutenwijziging is een kwalijke zaak. De focus van De Key op huisvesten van jonge mensen zorgt bijvoorbeeld voor tweedeling op de woningmarkt en is met name onrechtvaardig voor woningzoekenden ouder dan 28 jaar. Ook zij hebben recht op een betaalbare huurwoning. Daarnaast vinden de huurders dat ook starters recht zouden moeten hebben op een huurcontract voor onbepaalde tijd. Er is anders sprake van een verschil tussen sociale huurders met een flex contract en een vast contract. In Amsterdam is de crisis op de woningmarkt sterk voelbaar. Daarom vinden de huurders dat in Amsterdam sociale huurders niet zo maar na 5 jaar op straat mogen worden gezet. Ze kunnen nooit op tijd een andere betaalbare woning vinden. De gemiddelde wachttijd is circa 16 jaar. Bovendien is er door De Key geen beleid ontwikkeld om de verandering van de huurderssamenstelling die deze statutenwijzing met zich mee brengt concreet vorm te geven.
De zaak komt 20 april 2021 voor bij de Raad van State.