door BC Zomerdijk, juni 2018
Een stukje geschiedenis
Begin jaren dertig raakte de architect Piet Zanstra geïnspireerd, toen hij bij zijn kunstenaarsvrienden in Parijs de atelierwoningen van Le Corbusier bezocht. Eenmaal terug in Nederland heeft hij samen met de architecten Giesen en Sijmons de handen ineen geslagen en realiseerde in 1934 het atelierwoningencomplex van Nederland. Er was veel behoefte aan woon-/werkruimte voor kunstenaars en mede dankzij wethouder Publieke Werken De Miranda, heeft de gemeente Amsterdam ingestemd met de bouw van dit complex, aan de rand van het Plan Zuid van Berlage, met een speciaal tarief voor de erfpacht voor dit prachtige particuliere initiatief.
Het complex met 32 atelierwoningen aan de Zomerdijkstraat in de Rivierenbuurt was voor die tijd een uniek project en is een sleutelwerk in de Nederlandse architectuur. Er zijn 24 schildersateliers met grote raampartijen op het noorden en acht beeldhouwateliers met openslaande hoge deuren aan de straatkant. Het complex heeft een rijke cultuurhistorie door bewoners als kunstenaar en schrijver Jan Wolkers, beeldhouwer en verzetsstrijder Gerrit van der Veen en de oprichtster van het Nationaal Ballet Sonia Gaskell, die er balletles gaf aan leerlingen als Audrey Hepburn en Wim Sonneveld. Sinds 1988 heeft dit gebouw de status van Rijksmonument. Er wonen en werken beeldend kunstenaars, die zorgvuldig geselecteerd en voorgedragen worden door de gemeente Amsterdam.
Het Zomerdijkstraatcomplex is in 1987 voor fl. 950.000,- aan de gemeente Amsterdam verkocht. Vervolgens is in 1990 het complex voor het symbolische bedrag van één gulden overgedragen aan Woningcorporatie Lieven de Key, met belofte tot behoud van atelierfunctie. Het pand werd vervolgens uit publieke middelen voor drie miljoen gulden gerenoveerd. Deze renovatie is uitgevoerd door architect Bertus Mulder in overleg met Bureau Monumenten Amsterdam en heeft ondertussen ook de monumentale status gekregen. De atelierfunctie van dit complex staat bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) uitvoerig beschreven.
Beleidswijzigingen
Sinds de oplevering rustte op dit pand de unieke bestemming Wonen-Atelier. Een aantal generaties kunstenaars heeft hier ongestoord kunnen wonen en werken. Sinds 2011-2012 zijn er echter beleidswijzigingen doorgevoerd die het complex en zijn bewoners direct treffen. Zo schrapte De Key kunstenaars en senioren als specifieke doelgroep en ging over tot verkoop van seniorencomplexen, ateliers en atelierwoningen. Een groot aantal woon en werkpanden in bezit van de gemeente zijn eind vorige eeuw voor een symbolisch bedrag overgedragen aan Lieven de Key. Ook veranderde stadsdeel Zuid de originele bestemming Wonen-Atelier (WA) in Wonen (W). Verkoop en splitsen van de sociale voorraad was mogelijk door de afspraken tussen gemeente, corporaties en de Huurdersvereniging Amsterdam in Bouwen aan de Stad 1 en 2. Dit betekent onder andere dat corporaties een uitzonderingspositie innemen en er geen strenge voorwaarden worden gesteld aan het afgegeven van een splitsing vergunning. Ook ontbreekt het toezicht op de gemaakte afspraken. Tevens werden de wooncorporaties door de Woningwet gedwongen hun bezit op te delen in Daeb- en niet-Daeb en een deel van hun bezit te vermarkten.
Volgens De Key heeft het vorige Arcadebestuur met bovengenoemde beleidswijzigingen ingestemd. Het toenmalige advies van Arcade heeft de Key geïnterpreteerd als positief: een interpretatie waar het huidige bestuur van Arcade nog steeds haar vraagtekens bij zet (zie Arcade advies complexstrategie 05-2018). De zittende huurders van de Zomerdijkstraat hadden in 2012 geen actieve bewonerscommissie waardoor er geen duidelijke communicatie tussen De Key, Arcade en de kunstenaar-huurders plaats kon vinden.
Verkoop in het complex
In 2012 trokken de bewoners aan de bel toen - tot hun verbazing - de atelierwoningen te koop werden aangeboden als appartementen, ook aan de zittende huurders. Eén van de bewoners ging naar het stadsdeel Zuid in de veronderstelling dat op het pand nog de bestemming Wonen-Atelier (WA) rustte en kreeg van het stadsdeel een papieren afgifte van het bestemmingsplan, waarop de bestemming WA inderdaad nog gewoon aangegeven stond. Later bleek dat het een ‘oude’ versie betrof. De gemeente had zich vergist, wat op z’n minst verwarrend was.
Voor de meeste zittende kunstenaar-huurders is koop geen optie, omdat het vaak ZZP-ers zijn met wisselende inkomsten en het afsluiten van een hypotheek niet mogelijk is. Het gevolg is dat dit unieke complex, dat met veel overheidssteun door De Key is aangeworven en gerenoveerd, dreigt te verworden tot een beleggingsobject voor zowel de corporatie als de huidige en toekomstige eigenaren. Zo komt er een einde aan een langdurige culturele traditie en dat moet volgens de kunstenaars en buurtbewoners met man en macht voorkomen worden. Door de stalen constructie is dit complex ook nog eens gevoelig voor geluidsoverlast en het is problematisch om in zo’n gehorig pand werkende kunstenaars en (rustzoekende) kopers samen te voegen.
De voorgenomen verkoop van de atelierwoningen staat volgens de kunstenaars haaks op de ambities en het beleid van de gemeente om Amsterdam internationaal als creatieve stad te positioneren. De in 2013 opnieuw geregistreerde bewonerscommissie Zomerdijkstraat heeft veel brieven naar politici, De Key en andere belanghebbenden verstuurd, ingesproken in raadsvergaderingen en vergaderingen van stadsdeel Zuid. Gemeentepolitici van de PVDA, SP, Groenlinks, CDA en D66 zijn op bezoek geweest en we hebben geparticipeerd met ‘Open ateliers’ en ‘Open monumentendag’. Boekhandel Jimmink heeft in de Rivierenbuurt het initiatief genomen voor een handtekeningenactie tot behoud van de atelier-woonfunctie van dit complex. De buurtbewoners hebben aangegeven dat zij het ook als een meerwaarde voor hun buurt ervaren, dat de atelier-woonfunctie van dit cultuurhistorische pand behouden blijft. Een aantal politici van stadsdeelcommissie Zuid heeft tijdens verschillende commissievergaderingen aangegeven dat zij de consequenties van deze bestemmingswijziging niet heeft voorzien: hierdoor verdwijnt een cultuurhistorische plek “met eenkloppend hart” uit de buurt. Ook in de gemeenteraad is, als reactie op onze inspreekteksten, een mea culpa geuit. Bureau Monumentenzorg Amsterdam heeft aangegeven dat zij in haar advies, voorafgaande aan de bestemmingsplanwijziging, onvoldoende aandacht heeft geschonken aan de consequenties voor dit Rijksmonument.
Als bewoners hebben wij gezocht naar oplossingen om het historische karakter van het gebouw te behouden. Wij hebben onder andere contact gezocht met de stichting Diogenes, die garant staat voor behoud van de atelierfunctie en het monumentale karakter van het gebouw. De stichting was geïnteresseerd in de aankoop van het hele complex. Het is helaas niet tot een verkoop gekomen omdat partijen, na serieuze onderhandelingen, het niet eens konden worden over de prijs. Woonstichting De Key geeft als reden tot gestaakte verkoop aan dat zij de wettelijke verplichting ‘streven naar winstmaximalisatie’ na moeten leven. Ook is een overleg met Stadsherstel Amsterdam voorlopig op niets uitgelopen. Door een ongelukkige samenloop en door misverstanden is de culturele waarde van het pand onvoldoende beschermd.
Tussen wal en schip
Gezien de dubbele functie van atelierwoningen vallen wij in de gemeentelijke organisatie steeds tussen wal en schip: vallen we onder de commissie Wonen of onder de commissie Cultuur? Op beide fronten heeft de bewonerscommissie steun gezocht voor het behoud van de woon-/werkfuncties van het complex. De wethouder van Wonen, Laurens Ivens, heeft uitgezocht hoeveel het zou kosten de bestemming terug te draaien naar Woning-Atelier. Dit bedrag is een publiek geheim, maar volgens de leden van de toenmalige oppositie PvdA en Groenlinks niet onoverkomelijk. Een motie van deze partijen heeft het in de raad niet gehaald. Hopelijk lukt het in de komende bestuursperiode wel, nu deze partijen deel uitmaken van de coalitie.
Opmerkelijk is dat wèl een aanzienlijk bedrag uit de begroting van Volkshuisvesting is doorgesluisd naar het Broedplaatsenbeleid, met de uitdrukkelijk vermelding dat deze middelen niet mochten worden ingezet voor behoud van onder andere een ateliercomplex als de Zomerdijkstraat. De voormalige wethouder van Cultuur, Kasja Ollongren, gaf tijdens een raadsvergadering duidelijk te kennen dat ze niet wilde investeren in ‘oud’, maar in ‘nieuw’.
Het is in onze ogen zonde om cultuurgeld alleen in tijdelijke broedplaatsen te investeren – gericht op gebiedsontwikkeling. Door onze ervaringen pleiten wij ook voor meer zeggenschap van gebruikers.
Verkoop en tijdelijke jongerencontracten
In 2013 zijn, tijdens de mogelijkheid tot verkoop, twee atelierwoningen verkocht aan ‘zittende huurders’. Eén atelierwoning is in 2018 doorverkocht, waarbij door de makelaar aan aspirant kopers te kennen is gegeven dat er interne verbouwingen mogelijk zijn, wat de Monumentenstatus van het complex in gevaar brengt. Er is hierover geen overleg met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed of Bureau Monumenten Amsterdam geweest. De bewonerscommissie heeft een aantal keer contact opgenomen met Bureau Monumenten Amsterdam en er zijn medewerkers polshoogte komen nemen. Er werd afgesproken dat een nulmeting zou gaan plaatsvinden om de overgebleven monumentale aspecten te registreren en te beschermen. In 2018 heeft deze nulmeting nog steeds niet plaatsgevonden.
Tot onze grote vreugde geeft De Key in 2016 aan de verkoop van de atelierwoningen in de Zomerdijkstraat voorlopig stop te zetten. De atelierwoningen worden weer te huur aangeboden aan – jongere – kunstenaars, die door de gemeente geselecteerd worden. Dit geeft echter geen garantie voor de toekomst, omdat beleidsplannen van De Key voor vijf jaar worden vastgesteld en ook het gemeentebestuur elke vier jaar wijzigt.
Toewijzing door de CAWA
Door natuurlijk verloop zijn er in drie jaar tijd zes atelierwoningen vrijgekomen. Deze woningen worden – evenals in het verleden – toegewezen door de Commissie voor Ateliers en (Woon-)Werkpanden Amsterdam, de CAWA. Deze commissie adviseert de gemeente inzake het atelierbeleid. Met een ‘Top-toets’ worden de nieuwe kunstenaars-bewoners voor de atelierwoningen geselecteerd. Omdat De Key haar beleid focust op jongeren, komen nu alleen jongere kunstenaars tot en met 27 jaar in aanmerking voor deze atelierwoningen. Alle nieuwe contracten worden nu uitgegeven voor een duur van slechts vijf jaar met behoud van woonduur bij Woningnet. Echter is vijf jaar wachttijd niet lang genoeg om een woning bij Woningnet te verkrijgen. Dit betekent dat deze jonge kunstenaars na vijf jaar op straat komen te staan. Het is onrealistisch te verwachten dat autonome kunstenaars binnen vijf jaar dermate in inkomen zullen groeien om daarna te kunnen ‘doorstromen’ naar huur op de liberale markt of koop. Waar moeten deze jonge Top-kunstenaars na vijf jaar naar toe? Zonder betaalbare woon- en werkruimte zal de jongste generatie kunstenaars uit Amsterdam verdwijnen.
Ook de huidige generatie jongere huurders zouden ongestoord hun werk moeten kunnen ontwikkelen op een betaalbare plek. We willen ook de toekomstige generaties kunstenaars in de stad houden. Tijdelijkheid is slechts een lapmiddel, geen oplossing voor het gebrek aan betaalbare woon- en werkruimte in Amsterdam.
De ijzeren voorraad
Mede naar aanleiding van de casus Zomerdijkstraat, is de ‘ijzeren voorraad atelierwoningen’ in de Samenwerkingsafspraken, afspraken tussen gemeente, corporaties en huurders, opgenomen. De belangenbehartigers van kunstenaars vragen al jaren aan de gemeente of zij een lijst met de bestaande ateliers en atelierwoningen wil samenstellen. Deze ‘ijzeren voorraad’ moet snel in kaart gebracht worden, want door verkoop verdwijnen de ateliers en atelierwoningen in bezit van corporaties en gemeente als sneeuw voor de zon. De samenstelling van deze lijst wordt bemoeilijkt, doordat de CAWA geen archief heeft bijgehouden van toewijzingen uit het verleden en de corporaties geven geen duidelijk overzicht. Zo heeft De Key bijvoorbeeld aangegeven dat ze nog maar 12 atelierwoningen in bezit heeft, terwijl er op de Zomerdijkstraat al 30 te tellen zijn.
Vlak voor de nieuwe gemeenteraadsverkiezingen lag een lijst van deze ‘ijzeren voorraad’ ter inzage bij de gemeente en de raadsleden mochten deze alleen inzien als er voor geheimhouding werd getekend. Het gebrek aan transparantie roept vragen op. Ook is onduidelijk of slechts de aantallen ateliers en atelierwoningen worden beschermd en niet de objecten. Dat houdt in dat de cultuurhistorische panden, zoals de Zomerdijkstraat, niet veiliggesteld worden voor de toekomst, ze kunnen immers vervangen worden door nieuw te bouwen atelierwoningen of broedplaatsen met veel minder goede voorzieningen. De belangenbehartiging door de huurders is niet gewaarborgd.
Streven naar een duurzame oplossing
Ons complex heeft de vastgoedscheiding Daeb/-niet Daeb overleefd, daar zijn we opgelucht over. De atelierwoningen worden nu tijdelijk verhuurd tegen de maximale sociale huurprijs. Onze gebiedsbeheerder geeft aan dat De Key in vijfjarenplannen denkt en dus geen garanties voor de toekomst kan bieden. Niet alleen voor de jongeren, maar voor alle bewoners is er continue de onzekerheidsfactor over de toekomst, die het woongenot, de leefkwaliteit en de beroepspraktijk ondermijnt. Het gaat tevens ten koste van de sociale cohesie: als je binnen vijf jaar moet vertrekken, zul je je minder binden aan de omgeving, aan de buren en zul je ook minder investeren in het opknappen van je woning en atelier.
Het wordt tijd dat in plaats van de financiële waarde de intrinsieke waarde der dingen gezien en gewaardeerd gaat worden. Ook wij zijn ons bewust van de complexiteit van de woningmarkt. De doelgroep van autonome kunstenaars wordt niet door iedereen als een vanzelfsprekend essentiële groep in de samenleving beschouwd. Veelal wordt deze doelgroep ingezet voor gentrificatie, het tijdelijk inzetten van kunstenaars voor het opwaarderen van de economische en culturele waarde van een buurt. Kunstenaars worden gedwongen zich te commercialiseren of te institutionaliseren.
Het ideële doel van corporaties: het faciliteren van betaalbare woningen voor onbepaalde tijd aan huurders van alle leeftijdscategorieën, staat op de tocht, zonder dat aan burgers, die zijn aangewezen op dit segment van de woningmarkt, een redelijk alternatief wordt geboden. De huurder heeft behoefte aan zeggenschap over de eigen leefomgeving. Wij willen graag met De Key en de gemeente werken aan een duurzame oplossing om het vestigingsklimaat van kunstenaars in Amsterdam te waarborgen en te stimuleren.
Zie voor meer informatie over dit complex:
– website: http://www.zuidelijkewandelweg.nl/archief/architectuur/atelierwoningenzomerdijkstraat.htm
– architectuurboek van Mariëtte van Stralen, Atelierwoningen Zomerdijkstraat 1932-1934
Ook kunt u Atelierwoningen Zomerdijkstraat op Facebook volgen, waar een van onze bewoners een inventarisatie maakt van atelierwoningen om de waardevolle voorraad in kaart te brengen. Kent u nog meer voorbeelden? Stuur deze dan graag op naar het Facebook account of per e-mail.