Categorie: Nieuws
Eén overkoepelende bewonerscommissie die álle complexen op het Bickerseiland vertegenwoordigt. Zo kunnen huurders meer invloed uitoefenen op verhuurders en de belangen van bewoners beter behartigen. Saskia Koppelaar en haar commissieleden hebben het bijna voor elkaar. Mede dankzij een enquête, die een waardevol hulpmiddel voor bewonerscommissies is gebleken. Lees hier hoe ze de enquête hebben aangepakt.
Saskia woont al 32 jaar op het Bickerseiland. Twaalf jaar in een woongroep en twintig jaar in haar huidige woning. Ze is maatschappelijk werkster en oprichtster van Stichting De Nederlandse Portretprijs. Daarnaast is Saskia ook voorzitter van de bewonerscommissie en lid van het Arcadebestuur. Iedereen kent elkaar op het Bickerseiland. Het is echt een dorpje. Er is veel sociale cohesie.
De bewonerscommissie van Saskia wil er voor álle huurders zijn. Niet alleen voor die van het eigen complex. Daarom is via een bewonersbrief om mandaat gevraagd. Ook heeft de commissie een bewonersenquête verspreid. Dit leverde veel op. Saskia vertelt er in dit interview meer over.
Jullie zijn begonnen met een bewonersbrief, wat is daar uitgekomen?
Saskia: ‘We hebben bij alle huurders op het eiland een brief in de bus gedaan. Arcade heeft een vergoeding voor de kopieën gegeven. In de bewonersbrief hebben we uitgelegd wie we zijn, wat ons bezighoudt én waarom we mandaat nodig hadden. We wilden de belangen van huurders beter voor het voetlicht brengen bij de verhuurder.
We hebben nu 163 mandaten. Bewoners moesten daarvoor hun naam en adres aan ons doorgeven. Er zijn vier kleine complexen die niet gereageerd hebben. Daar gaan we nog achteraan. Aangezien de meerderheid van de bewoners ons nu al steunt, zit het met onze vertegenwoordiging wel goed.
We kondigden aan dat we een enquête zouden verspreiden. Een aantal bewoners gaf aan dat ze de enquête graag per mail wilden ontvangen. Tien bewoners wilden de enquête op papier ontvangen.’
Hoe hebben jullie de enquête vormgegeven?
Saskia: ‘We hebben het als bewonerscommissie echt samen gedaan. Sommigen maakten de vragen, een ander nam het logo voor haar rekening. We hebben Microsoft Forms gebruikt. Daarmee kan je gemakkelijk een uitdraai van de antwoorden krijgen. We hebben de antwoorden in een Excel-bestand gezet. Dat hebben we weer naar de bewoners gestuurd.
Het is belangrijk om open vragen te stellen. Bewoners hebben dan de ruimte om hun eigen visie te geven. Vragen moeten niet te sturend zijn. Je moet je als commissie echt neutraal opstellen.
Bewoners willen betrokken worden maar hoeven niet altijd in een bewonerscommissie. Daarom hebben we in onze enquête ook gevraagd of er interesse is in bepaalde activiteiten.’
Hebben jullie hulp ingeroepen?
Saskia: ‘We wisten al wat er speelde onder bewoners en hadden ook geen technische ondersteuning nodig. Arcadebestuurslid Harrie Houtbeckers stuurden we onze bewonersenquête. Harrie ondersteunt bewonerscommissies bij het opstellen van hun complexplan. We hebben aangegeven dat een bewonersenquête hierbij kan helpen.
Met Arcadevoorzitter Helmie Bijleveld en De Key hebben we al vroeg gesproken over de invulling van ons mandaat, waar we wel en niet verantwoordelijk voor zijn als we het eiland vertegenwoordigen. We willen dat de verhuurders ons op de hoogte houden van renovaties of groot onderhoud. We kunnen dan inspringen als er (communicatie)problemen zijn. De Key deed dat nooit omdat wij niet bekend stonden als de bewonerscommissie van het hele eiland. Nu worden we alleen bij renovaties of groot onderhoud betrokken wanneer de bewoners aan de bel trekken. Ze vragen ons dan om ondersteuning als bijvoorbeeld de communicatie niet goed loopt.
De Key moet ons nog definitief toestemming geven om alle complexen op het eiland te vertegenwoordigen. Daar doen ze moeilijk over. We brachten De Key al vroeg op de hoogte. Toch blijven ze vragen stellen en drempels opwerpen. Ze wilden de namen en adressen zien van bewoners die ons een mandaat hebben gegeven. We mogen die gegevens vanwege de AVG-wet (Algemene verordening gegevensbescherming) niet aan de verhuurder doorgeven. Daarom hebben we alleen de anonieme mandaten van de complexen doorgegeven.’
Wat kwam er uit de enquête naar voren?
Saskia: ‘We hebben 70 ingevulde enquêteformulieren ontvangen. Voordat corona uitbrak werden onze bewonersbijeenkomsten overigens ook goed bezocht. Het was altijd bomvol. Zo’n avond leverde waardevolle informatie op.
De enquête leverde veel op. Bewoners maken zich net als wij zorgen over de verkoop van sociale huurwoningen hier op het eiland, over leefbaarheid en over sociale cohesie. Ook de Van Hoog naar Laag-verhuisregeling (en ook Van Groot naar Beter) is een hot item op ons eiland. Veel oudere buurtbewoners willen in de buurt blijven wonen maar de benedenwoningen gaan naar jongeren. Duurzaamheid bleek ook een belangrijk thema. We benaderden bewoners die in de enquête aangaven dit belangrijk te vinden. Er hebben zeven bewoners aangegeven dat ze geïnteresseerd in een werkgroep. Deze is nog niet opgestart.’
Wat gaan jullie doen met deze resultaten?
Saskia: ‘We willen een complexplan voor het hele eiland gaan maken. Daarvoor hebben we de input van bewoners nodig. We moeten weten wat zij belangrijk vinden. Het is prettig dat de enquête wat dat betreft een eenduidig beeld laat zien.’
Hoe zien jullie de toekomst?
Saskia: ‘Die zien we de positief tegemoet. De bewonerscommissies op het Realeneiland en het Prinseneiland willen zich graag bij ons aansluiten. Daarvoor hebben ze wel het mandaat van de bewoners nodig. Hier zijn ze op dit moment mee bezig.
De samenwerking met De Key en Lieven de Stad moet nog groeien. We hopen dat de communicatie beter wordt. Uiteindelijk hopen we beter te volgen waar de verhuurder mee bezig is en het beleid te kunnen beïnvloeden.’
Ook een enquête voor bewonersonderzoek uitvoeren? Voor bewonerscommissies geeft Arcade hiervoor ondersteuning. Er is een vergoeding beschikbaar en er komt een format van Arcade. Voor meer informatie neem contact op met Arcade.
In 2021 worden de jongerencontracten geëvalueerd. Dit staat in de samenwerkingsafspraken die de huurdersverenigingen samen met de gemeente Amsterdam en de corporaties hebben gemaakt. Akkemay, Tim en Anne Lotte zitten in de Werkgroep Jongerencontracten en voeden Arcade met informatie en ideeën.
In 2016 heeft De Key haar statuten gewijzigd. De corporatie heeft starters voorop gezet en werkt sindsdien met jongerencontracten, een tijdelijke huurovereenkomst voor huurders onder de 28 jaar. In 2021 lopen de eerste jongerencontracten af. Hoog tijd dus om jongeren die een jongerencontract hebben of hebben gehad, te bevragen.
In maart jl. heeft de gemeente een eerste onderzoeksvoorstel gepresenteerd. Op 11 maart hebben de gemeente, de corporaties en de huurdersverenigingen hier samen over gesproken. Huurdersvereniging Arcade is daarbij gevoed door de Werkgroep Jongerencontracten van Arcade, die de onderzoeksvoorstellen hebben beoordeeld en punten hebben aangedragen die volgens hen belangrijk waren. De werkgroep startte in maart.
Op 6 mei zijn de offertes van verschillende onderzoeksbureaus besproken. RIGO Research en Advies zal het onderzoek over jongerencontracten uitvoeren. Voor de corporaties, de huurdersverenigingen en de gemeente was dit de ideale kandidaat. De Werkgroep Jongerencontracten is ook tevreden.

Tim: ‘Ik ben blij dat er niet alleen naar cijfers wordt gekeken. Naast kwantitatief onderzoek, zal er ook kwalitatief onderzoek worden gedaan. Er komen bijvoorbeeld focusgroepen waarin er met jonge gezinnen zal worden gesproken. De ervaringen van mensen die een jongerencontract hebben of hebben gehad, komen zo hopelijk ook naar voren. Mogelijk komen die overeen met de verhalen die leden van de werkgroep zelf ook hebben.’
Akkemay en Anne Lotte hebben beiden een jongerencontract. Akkemay woont op het Bickerseiland, Anne Lotte in Bos en Lommer. Tim woont in een studentencomplex in Diemen. Hij is student geschiedenis en geeft bijles aan middelbare scholieren. Akkemay is kunstenares, werkt als freelancer in de culturele sector en is yogadocent. Anne Lotte is filmmaker en werkt ook als freelancer in de culturele sector.
Hoe kwamen jullie in de werkgroep terecht en waarom was het belangrijk voor jullie?
Anne Lotte: ‘Ik ben via Arcade-bestuurslid Mark Nozeman in de werkgroep terechtgekomen. We zijn een jong gezin met een baby. We kunnen nog anderhalf jaar in onze jongerenwoning blijven. Ik representeer de groep jonge gezinnen die ook in jongerenwoningen zitten. Door mijn ervaringen te delen, geef ik jongeren in vergelijkbare situaties een stem. Ik leer zelf ook veel bij.‘
Tim: ‘Arcade-voorzitter Helmie Bijleveld benaderde me voor de werkgroep. Ik zet me in omdat jongeren een stabiele leefomgeving in Amsterdam nodig hebben. Jongeren bevinden zich in kwetsbare situaties. Ze weten vaak niet waar ze recht op hebben. Kleine kamers worden voor veel geld verhuurd. Er wordt verwacht dat je de hoofdprijs betaalt en veel jongeren denken dat ze ook de hoofdprijs moeten betalen. Ik heb me aangemeld voor de werkgroep omdat ik een constructieve bijdrage aan de evaluatie van de jongerencontracten wilde leveren. Ik was benieuwd naar de effecten van het jongerencontract.’
Akkemay: ‘Ik ben via Arcade-bestuurslid Saskia Koppelaar in de werkgroep terechtgekomen. Ze is ook voorzitter van onze bewonerscommissie. Saskia had enquêtes verspreid. Ik heb in de enquête aangegeven dat ik een tijdelijk contract heb en dat ik dat jammer vind. Saskia nam daarna contact met mij op. Ik mag hier nog twee jaar wonen. Ik voel me thuis in deze buurt. Mijn buren hebben al aangegeven dat ze een petitie starten als ik moet vertrekken. Ik heb een uitgesproken mening over jongerencontracten en voel me betrokken bij de stad. Daarom vond ik het belangrijk om deel te nemen aan de werkgroep.’

Wat zijn wat jullie betreft de voor- en nadelen van een jongerencontract?
Anne Lotte: ‘Een jongerencontract kan de doorstroming bevorderen omdat jongeren zich ontwikkelen. Soms lukt het bijvoorbeeld om daarna een huis te kopen. De keerzijde van een jongerencontract is dat het tijdelijk is en het niet altijd lukt om opnieuw aan een woning te komen.
Ik vind het moeilijk dat ik niet in deze fijne buurt kan blijven. Je bent op een leeftijd waarin je aan het opbouwen bent. Als we moeten verhuizen, moeten we opnieuw een netwerk creëren. We hebben naar Den Helder gekeken omdat de huizen daar goedkoper zijn. Dat is voor ons netwerk wel een probleem. Grootouders gaan niet uren rijden om te kunnen oppassen. Daarnaast is het moeilijker om als freelancer in de culturele sector te werken.’
Tim: ‘Het is natuurlijk fijn dat jongeren dankzij jongerencontracten gemakkelijker aan betaalbare woonruimtes kunnen komen. Vijf jaar ergens kunnen wonen is fijn, tegelijk is het uitstel van executie. Je kunt niet veilig doorstromen. Er is een probleem met betaalbaarheid en beschikbaarheid. Amsterdam wil een stad van jonge mensen en cultuur zijn. Die jonge mensen kunnen het zich echter niet veroorloven om in de stad te wonen.’
Akkemay: ‘Het voordeel van een jongerencontract is dat je een woning kan vinden die je anders niet had gevonden. Daarnaast is vijf jaar genoeg om bijvoorbeeld in een goede vloer te investeren. Het nadeel van een jongerencontract is dat je niks opbouwt terwijl je juist in een fase van je leven zit waarin je je wil wortelen. Ik ben 30. Het is natuurlijk mooi dat ik een betaalbaar huis heb kunnen vinden, maar tegelijk is het uitstel van executie. Ik moet straks opnieuw op zoek naar woonruimte. Als je verhuist start je bovendien opnieuw met een hoge huur. Ik denk dat jongerencontracten niet goed zijn voor de sociale cohesie in Amsterdam. Wijken zijn niet gebaat bij tijdelijke bewoners.’

Er wordt weleens beweerd dat jongerencontracten de doorstroming op de woningmarkt bevorderen. Hoe kijken jullie hier tegen aan?
Anne Lotte: ‘Er moeten wel woningen zijn om naar door te kunnen stromen. Er zijn betaalbare huizen buiten de Randstad, maar het is niet gemakkelijk om je daar rond je 30ste nog te gaan settelen. Je hebt dan elders al een netwerk. Het zou fijn zijn als er in de stadsregio meer huizen komen.’
Tim: ‘Kijk, je hebt een korte fuik of een lange fuik. Uiteindelijk loop je met een jongerencontract toch tegen drempels aan. Alleen stel je de zoektocht uit. Het blijft namelijk moeilijk om aan een woning te komen. Bij wonen hoort dat je je settelt, na je studie al en niet pas vanaf je 30ste. Dat je niet gedwongen wordt om door te reizen. Reizen is leuk maar wel als je zelf de vakantie kunt uitkiezen en kan bepalen hoe lang je ergens blijft.’
Akkemay: ‘Jongerencontracten bevorderen inderdaad de doorstroming. Je móet namelijk wel doorstromen. De vraag is echter waar naartoe. Er is een woningentekort. Voor de sociale cohesie is het daarnaast goed als mensen ergens langer wonen. Onlangs is mijn buurtgenoot Joop Capel overleden. Hij was één van de oprichters van de kinderboerderij op het eiland en woonde zijn hele leven op het Bickerseiland. Iedereen kende hem, ook ik had leuk contact met hem. Dit is tegenwoordig onmogelijk. Het is bovendien ingrijpend om te verhuizen en een nieuw thuis te creëren.‘
Hebben jullie het idee dat de flexibilisering in het algemeen en die op de woningmarkt in het bijzonder je leven bepaalt?
Anne Lotte: ‘Zeker. Als ik ’s avonds in bed lig, heb ik er kopzorgen over dat ik over anderhalf jaar hier weg moet zijn. Ik wil me op mijn sociale leven en werk kunnen richten. Als je niet kan kopen ben je bijna genoodzaakt om een dure huurwoning te accepteren. Als kopen mogelijk is, moet je een flinke hypotheek aangaan. Je hebt de keus niet om daar mee te wachten. Je zou kleine studio’s moeten aanbieden om doorstromen aantrekkelijker te maken. En er zou geen einddatum aan een jongerencontract moeten zitten. Dan is het geen drama als doorstromen niet lukt. Ik kan met flexibel werk omgaan. Het is moeilijk dat ik óók een tijdelijk huurcontract heb. Je moet ergens op terug kunnen vallen. Wonen is een grondrecht. De overheid voldoet hier niet aan. Ik begrijp niet waarom hier niet tegen geprotesteerd wordt.’
Tim: ‘Zeker. Tijdelijke huurcontracten geven veel onzekerheid. Je hebt volgens de grondwet het recht op wonen, niet het recht om te blijven. Daar is wel enorme behoefte aan bij mensen die zich willen settelen. Flexibilisering gaat ook over nulurencontracten en het idee dat we continu moeten doorgroeien. Ondertussen is er geen plekje waar we houvast krijgen. Dat geeft stress. Een huis en een baan zouden de basis moeten zijn.’
Akkemay: ‘Zeker, ik voel de behoefte om ergens te blijven maar kan dat niet. Dat heeft een diepgaande invloed op je gevoel van veiligheid en zekerheid. Ik ben aan het bedenken waar ik dan wel kan blijven wonen, wat ik nog kan doen in Amsterdam de komende tijd voor ik eventueel uit de stad verhuis. Hoe kan ik mijn werk zo inrichten dat ik het ook op een andere plek kan doen? Ik wil hier eigenlijk helemaal niet mee bezig zijn. Toch moet ik mijn leven eromheen plannen. Dat heeft invloed op hoe ik hier woon en de relatie die ik met de buurt heb.
Je bent je er continu van bewust dat je uiteindelijk weg moet. Daardoor zit je er niet voor de volle 100 procent in. Het is alsof je een relatie hebt waar je net niet voor gaat. Ik zou me liever door de natuurlijke flow van het leven laten leiden. Dat ik op een gegeven moment zélf besluit om naar een andere woning te verhuizen.’
Tim, Anne Lotte en Akkemay vinden het fijn dat ze invloed hebben kunnen uitoefenen op het onderzoeksvoorstel over de jongerencontracten. Ze kijken met positieve spanning uit naar de onderzoeksresultaten en zijn benieuwd naar wat de gemeente uiteindelijk met de resultaten gaat doen.
Een huurder krijgt een brief van De Key: ‘Wij komen uw geiser en gaskachel verwijderen en vervangen door een ketel en CV.’ Huurder heeft geen zin in gebreek, buizen en radiatoren, bovendien is daar geen ruimte voor. Wat nu? De huurder vertelt.
Toch maar eens op onderzoek gaan naar alternatieven. Tenslotte moeten we toe naar gasvrij en die ketels draaien ook op gas. En bij fouten bij het installeren en bij onvoldoende onderhoud is er nog steeds gevaar voor koolmonoxide. Volgt een periode van contact opnemen met diverse firma’s , adviesorganisaties plus bezoeken aan voorlichtingsbijeenkomsten. Langzamerhand groeit daar een goed beeld uit. Hierbij gaat het om drie fasen: wassen, koken en verwarmen. In die volgorde heb ik het ook aangepakt.
De stappen
Voor warm water bestaan er de zogenoemde doorstroomapparaten. Voor een gewone woning is een capaciteit van 15 kWatt genoeg. Wel is driefasen krachtstroom nodig. Dit betekent een verbouwing van de meterkast. Naast de gebruikelijke groepen moet een extra groep komen met krachtstroom plus een speciaal stopcontact voor het doorstroomapparaat. Dit is de eerste stap. Daarna, de tweede stap, moet de netbeheerder de stroomtoevoer verzwaren. Dan pas kan het doorstroomapparaat zelf geïnstalleerd worden.
Koken op inductie is de tweede fase. Hiervoor heb ik een extra groep krachtstroom en stopcontact voor krachtstroom laten aanleggen. Maar voor twee ‘pitten’, meer gebruik ik niet, blijkt dit niet nodig. Zeer waarschijnlijk wel voor een fornuis.
Voor de derde en laatste fase, verwarming, zijn infraroodpanelen het meest geschikt. Deze worden aan het plafond bevestigd. Indien mogelijk wordt voor de elektra gebruikgemaakt van de aanwezige leidingen boven het plafond, zodat er geen ‘lelijke’ bedradingen door de kamer lopen. De capaciteit van de panelen zijn 700-900 Watt. Per groep van 16 Ampere en 220 Volt komt het maximum uit op zo’n 3500 Watt. Elke woning heeft normaal gesproken minimaal twee groepen. Dat moet voldoende zijn voor 3-4 panelen. Uiteraard afhankelijk van de overige apparatuur en hoe de groepen over de woning verdeeld zijn.
Het verdient aanbeveling om alles door één firma te laten aanleggen. En eerst een totaalplan op te stellen. Zeker bij grotere woningen waarbij meer infraroodpanelen nodig zijn. Zodat indien nodig een extra groep in de meterkast aangelegd kan worden.
Mag dit allemaal?
Dit valt positief te beantwoorden: ja, het mag. De Key heeft zelf te kennen gegeven dat zij voor het koken op inductie een aparte groep en stopcontact wil aanleggen. Helaas moet je warm water en verwarming zelf laten aanleggen en het ook zelf betalen. Maar de kosten vallen uiteindelijk mee. Bovendien is er dan geen sprake van een huurverhoging. Het gemak en comfort is prima in orde. Met name het doorstroomapparaat, dat is compact, functioneert als een gewone geiser en de temperatuur is tot op de graad nauwkeurig te regelen. Koken op inductie is even wennen maar bevalt al snel goed. Het is zelfs goedkoper dan op gas. Maar ook het vastrecht voor gas wordt uitgespaard. Al met al zal het voordeel opleveren. De infraroodpanelen zijn pas half april aangelegd. Dus daarover zijn nog geen conclusies te trekken.
Ter herinnering, Arcade heeft 3,5 jaar geleden in de laatste gedrukte versie van de nieuwsbrief al opgeroepen om de verketeling te stoppen en over te schakelen op aardgasvrije mogelijkheden. Ook heeft De Key in een memo van enige jaren terug aangegeven dat zij richting aardgasvrij willen gaan. Een paar korte citaten hieruit: ‘Dat betekent energie van groene bronnen en aardgasvrij.’ En: ‘…noodzaak om aardgas te vervangen door duurzame alternatieven.’
Echter de praktijk blijkt weerbarstiger. Naar aanleiding van de verstuurde bewonersbrieven over het verwijderen van de geisers en gaskachels heeft onze bewonerscommissie gevraagd waarom De Key geen alternatieven aanbiedt. Het antwoord is teleurstellend. Geen woord over gasvrije alternatieven, alleen ketels en CV’s en daarmee uit. Daarop stuurt de bewonerscommissie opnieuw een brief waarin zij veel nadrukkelijker aandringt op het aanbieden van gasvrije alternatieven. Nu 14 maanden later is deze brief nog steeds niet beantwoord. Niet bepaald klantvriendelijk.
Tot slot, ik heb nu een CO-meter in de aanbieding.
Noot: Het staat huurders vrij om zelf te investeren in duurzaamheidsmaatregelen. Breng dergelijke installaties niet zelf aan, maar laat dit vakmensen doen. En houdt er rekening mee dat bij het verlaten van de woning dit wel tot kosten kan leiden omdat een volgende huurder niet verplicht is deze installaties over te nemen.
Arcade pleit er bij De Key wel voor om individuele initiatieven op het gebied van duurzaamheid mogelijk te maken.
Een huurder gaat met de camper een wat langere rondreis maken. Het inwonende, inmiddels volwassen kind blijft thuis. Vanwege de coronapandemie treedt er vertraging op in het reisschema. Door een daaropvolgend algemeen reisverbod moet de huurder zelfs voor langere tijd noodgedwongen in Portugal verblijven. En dan…
…ontvangt het thuiswonend kind een aangetekende brief van De Key met een verbazingwekkende inhoud, kort samengevat: ‘U woont hier niet meer, u bent vertrokken, u dient de huur op te zeggen. Bovendien verhuurt u de woning illegaal aan studenten.’ Paniek, vanwege de dreigende uitzetting.
Huurder keert dus voortijdig terug met het vliegtuig. Met alle coronarompslomp van dien, testen, quarantaine. Direct contact gezocht met De Key om de zaak recht te zetten. Na uitleg reageert De Key met: ‘Sorry, maar in 9 van de 10 gevallen klopt het wel, u had moeten melden dat u lang weg zou blijven.’
Onzin natuurlijk. In feite wil De Key niet toegeven dat zij fout zit. Ten eerste moet De Key als zij een gerucht binnenkrijgt dit checken op waarheid. Zeker met zoiets ingrijpends als dreigende uitzetting. Ten tweede is het onduidelijk of die meldplicht wel bestaat. Gaat een huurder voor langere tijd wonen in het buitenland voor bijvoorbeeld werk of studie dan moet dat worden gemeld en zonodig huisbewaarderschap geregeld worden. Dit is om te voorkomen dat de woning onbeheerd achter blijft. Van dit laatste is in dit geval geen sprake. De woning blijft legaal bewoond en niet onbeheerd achter. Bovendien woont de huurder niet elders. De huurder is slechts op rondreis. Dan lijkt melden niet echt nodig.
Na contact met de bewonerscommissie vraagt de huurder om formele intrekking van de brief, om excuses en om een tegemoetkoming in de kosten van de overhaaste terugvlucht en het weer ophalen van de camper. Helaas blijft De Key volhardend in negatieve zin. Fouten toegeven is kennelijk uit den boze. De zaak is voor De Key al afgesloten en de huurder had het lange verblijf moeten melden. Geen intrekking van de brief, geen excuses en geen vergoeding. Huurder vindt de toon van dit antwoord vervelend.
Kortom wat betreft klantvriendelijkheid valt er bij De Key nog een wereld te winnen!
Indien lezers vragen hebben aan de Ombudshuurder stuur een mail naar info@hvarcade.nl t.a.v. Ombudshuurder.
Ook nuttige tips en klachten die een bespreking waard zijn, zijn welkom.
John Delventhal huurt een vrije sectorwoning in de Rivierenbuurt. Hij corrigeerde De Key en zorgde ervoor dat hijzelf en een groep andere huurders alsnog huurbevriezing kreeg in 2021. De bewoners zijn hem dankbaar want met zulke hoge huurprijzen scheelt de eenmalige bevriezing een flink slok op een borrel.
John woont sinds augustus 2007 in de Aquinohof; dat is een complex voor senioren. Ruim veertien jaar dus. In mei 2007 tekende hij samen met zijn vrouw hun huurcontract. ‘Daarin staat dat het maximale huurverhogingspercentage gelijk is aan dat van de sociale sector.’ Ook John had dit jaar dus recht op de eenmalige huurbevriezing, een bijzondere coronasteun voor sociale huurders.
Niet alle huren in de vrije sector worden bevroren in 2021. De koppeling met de sociale sector staat alleen in vrije sectorcontracten die tussen 2004 en mei 2011 zijn afgesloten, aldus De Key. De huurders die het betreft zijn inmiddels benaderd door De Key.
John was acht jaar voorzitter van de bewonerscommissie. Nu is hij bestuurslid zonder specifieke functie. Veel bewoners maken zich zorgen over de hoge huren in het complex. Zelfs de laagste huren in de vrije sector liggen ruim op de 1.300,- euro per maand, een aantal appartementen is nog veel duurder. De huurbevriezing was dan ook welkom. We vragen John wat hieraan vooraf ging.
Hield je de huren al langer in de gaten?
‘Jazeker. Ik ben in 2014 een spreadsheet van de jaarlijkse huurverhogingen gaan maken. De aanleiding was een verhoging van vier procent dat jaar. Ik schrok erg van die forse stijging, te meer daar de inkomens van senioren al jarenlang niet stijgen. Wel realiseerde ik me dat die vier procent volgens mijn contract gevraagd mocht worden. Het was dat jaar ook het maximale percentage voor de sociale sector.
Omdat ik nog alle brieven van de jaarlijkse huurverhoging bewaard heb, kon ik met terugwerkende kracht ook de huurverhogingen vanaf eind 2006 in mijn spreadsheet opnemen. De totale stijging vanaf 2006 tot heden bedraagt meer dan 40%. In 2017 vroeg ik aan andere bewoners wat er in hun contracten stond. Eén van de bewoonsters gaf aan dat haar huur jaarlijks met maximaal zeven procent mocht stijgen. Dat is erg veel; naar mijn mening eigenlijk ontoelaatbaar.’
De coronacrisis brak uit. Verwachtte je dat huurbevriezing mogelijk was?
‘Ik hoopte het natuurlijk wel. In 2020 nam de Eerste Kamer de motie Kox aan om een tijdelijke huurverhogingsstop mogelijk te maken. Zowel voor de sociale sector als de vrije sector. Helaas wilde minister Ollongren (D66) die niet uitvoeren. Huurbevriezing was dus van de baan.
Maanden later bepaalde de overheid dat de huur van mijn vrije sectorwoning met maximaal 2,4 procent mocht stijgen in 2021. Op 14 april ontving ik mijn huurverhogingsbrief. Daarin stond een percentage van 1,4 procent. Vergeleken met voorgaande jaren een beperkte stijging.’
Je dacht aanvankelijk dat je het met een beperkte huurverhoging moest doen. Wanneer realiseerde je je dat De Key zich vergist had?
‘Kort nadat ik de aankondiging van de huurverhoging ontvangen had, zaten mijn buurvrouw Gerharda en ik wat bij te praten. Gerharda zit in het bestuur van het Arcade. Daarvoor heeft ze jaren in onze bewonerscommissie gezeten. Min of meer toevallig kwam de huurverhoging ter sprake en ineens realiseerde ik me dat er in mijn huurcontract iets over de koppeling met de sociale sector stond. Ik pakte mijn huurcontract erbij. Daarin stond inderdaad iets over het maximale huurverhogingspercentage. Dat zou nooit hoger zijn dan het huurverhogingspercentage in de sociale sector. Toen realiseerde ik me dus dat die 1,4 procent niet voor mij gold. En ik realiseerde me ook dat er meer bewoners waren met deze bepaling in hun contract. Omdat ik acht jaar voorzitter van de bewonerscommissie ben geweest, wist ik meteen welke bewoners ik moest attenderen.’
Je bracht bewoners dus op de hoogte van die bepaling in het contract. Heb je daarna ook De Key benaderd?
‘Dat heeft Gerharda gedaan. Ze heeft een conceptbrief voor De Key opgesteld. Vervolgens heeft ze die met de rest van het Arcadebestuur uitgewerkt. Arcade heeft diezelfde week nog een definitieve brief gestuurd. Ongeveer twee weken na de ontvangst van de eerste brief stuurde De Key een correctie met excuses. Ze bevestigden dat wij inderdaad recht hadden op huurbevriezing. De huurverhoging was van de baan. Het is fijn dat alles binnen twee weken geregeld was.’
De moraal van het verhaal?
‘Dat het belangrijk is om je huurcontract goed door te lezen. Dan weet je waar je recht op hebt. En als je iets niet snapt, trek dan aan de bel bij je bewonerscommissie, bij Arcade of bij stichting !WOON.’
Vanaf 1 juli 2021 wijzigt de verhuisregeling ‘Van Hoog naar Laag’ in Amsterdam. Als u voor de verhuisregeling in aanmerking wilt komen, dan moet u dat bij De Key aanvragen. Een medewerker legt deze verhuisregeling dan als voorrang vast in uw inschrijving bij WoningNet Stadsregio Amsterdam.
Wat zijn de voorwaarden van de regeling Van Hoog naar Laag?
U bent 65 jaar of ouder;
U laat na verhuizing een zelfstandige sociale huurwoning achter in de gemeente Amsterdam;
Uw huidige woning ligt op de tweede etage of hoger en is niet bereikbaar met een lift, of uw huidige woning heeft twee trappen. Ook een trap in de woning telt mee, bijvoorbeeld als uw woning op de eerste etage ligt, maar uw slaapkamer(s) bereikt u via een extra trap in uw woning;
U reageert op een woning die geschikt is voor ouderen op de begane grond, 1ste verdieping of woning met lift in uw eigen stadsdeel;
Het inkomen van uw huishouden mag niet meer zijn dan het maximum dat in de advertentie staat vermeld;
U verhuist naar een sociale huurwoning van een van de deelnemende corporaties.
Huurprijs en woningaanbod
Met de verhuisregeling Van Hoog naar Laag betaalt blijft de huur voor uw nieuwe woning gelijk aan de huur van uw huidige woning. Dit geldt niet als u een nieuwbouwwoning gaat huren. Met de verhuisregeling Van Hoog naar Laag ziet u daarom ook woningen in uw aanbod die anders te duur voor u zouden zijn.
Lees meer op de website van Woningnet regio Amsterdam.
Sinds 1 april is Karin Verdooren de nieuwe bestuursvoorzitter van De Key. We spreken haar in het vernieuwde kantoor van de woningcorporatie. Verdooren is toegankelijk en gedreven. Ze heeft hart voor huurders en woningzoekenden en zet graag een stap extra.
Verdooren is net begonnen in haar functie en wil eerst vooral heel goed luisteren. Ze haalt graag informatie op. Bijvoorbeeld door met huurders en bewonerscommissies te gaan praten.

Toen u zelf huurde, wat vond u toen belangrijk?
KV: Ik begon op een kamertje in het souterrain bij een Marokkaanse familie. De douche was in de keuken. Daarna kwam ik in een studentenhuis. Daar waren mijn huisgenoten natuurlijk ook belangrijk.
Ik heb daarna een zelfstandig appartement gehuurd in de Baarsjes, helaas bij een malafide huisbaas. Daar stonden in de winter de ijsbloemen op de ramen. Het lekte op de zolder. Ik begreep niet waarom het aanrecht zo extreem lang was en twee waterpunten had. Later ontdekte ik dat deze nutteloze toevoegingen meer waarderingspunten opleverden en dat zo een hogere huur kon worden gevraagd. Ik leerde toen dat het belangrijk is dat een verhuurder betrouwbaar is. Ik ben blij dat mijn dochter een studentenwoning in Utrecht huurt van een woningcorporatie. Dan weet je dat het betrouwbaar is.
Ik ben altijd aan mijn eigen ervaringen blijven denken toen ik ging werken bij een woningcorporatie in Utrecht. Je huis is een basisbehoefte. De woningen waren destijds nog slecht, dus we konden het verschil maken door de woningen te verbeteren.
Hoe kunt u in de functie die u nu bekleedt het contact met huurders behouden?
KV: Ik wil graag huurders en bewonerscommissies leren kennen. Het is belangrijk dat je weet voor wie je het doet en de verhalen kent die achter de cijfers schuilen. Op excel-sheets kun je alles aantonen, dat er bijvoorbeeld veel woningzoekenden zijn en dat je een bepaald aantal jaar op een wachtlijst staat voordat je een huis kunt krijgen. Maar als ik het verhaal van de mensen ken, gaat zoiets pas leven.
Een beheerder vertelde dat hij een net een huurcontract had laten tekenen door een 38-jarige mevrouw die vanaf haar 20-ste stond ingeschreven. Het was haar eerste woning. Als ik dat hoor, dan komen de feiten en cijfers tot leven.
De Key presenteert via haar website ook verhalen van huurders. Dat helpt mij ook om meer over huurders te leren.
Samengevat zou u dus zeggen: We gaan af van de “excel-sheets” en we gaan meer naar “de mens”.
KV: Je moet de feiten en de cijfers weten, maar je moet ook weten voor wie je het doet.
Wat wilt u bereiken in, zeg, 5 jaar?
KV: Elke corporatie heeft een enorme opdracht. Er zijn woningzoekenden, huurders die willen doorverhuizen en kwetsbare personen die huisvesting nodig hebben. En woningen moeten worden onderhouden, verbeterd en verduurzaamd. Tegelijkertijd moeten corporaties ook een groot bedrag (in de miljoenen) aan verhuurderheffing en belastingen betalen. Verhuurderheffing is eigenlijk geen goede benaming, het is meer een ‘huurderheffing’ want als corporatie betaal je die belasting uit de huuropbrengsten. Als corporatie moet je de belangen van huurders en toekomstige huurders dienen terwijl je beperkte financiële middelen hebt. Gelukkig werk ik samen met veel collega’s die ontzettend bevlogen zijn en hart voor de zaak hebben.
De Key heeft starters voorop gezet en werkt met jongerencontracten. Andere corporaties bedienen alle doelgroepen. Hoe beziet u de positie van De Key in de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC)?
KV: Omdat ik net begonnen ben in mijn baan en ik graag eerst wil luisteren en kijken en kennismaken, kan ik daar nu nog niets over zeggen. Met elkaar (AFWC) bieden we wat de stad nodig heeft. Door grote veranderingen in de intramurale zorg heeft bijvoorbeeld de kwetsbare doelgroep dringend woonruimte nodig. Dat kan betekenen dat een reguliere huurder misschien minder kans heeft omdat er een woningtekort is. Elke toewijzing aan de één is een afwijzing van de ander. Het is voortdurend schuiven met schaarste.
Beïnvloedt dit de buurtcohesie, denkt u?
KV: Een huurder kiest niet alleen voor zijn huis, maar ook voor zijn buurt. Een wijk is ook fijn als je je buren kent, als er sociale cohesie is.
U vertelde dat u al fietsend en wandelend Amsterdam aan het verkennen bent aan de hand van het vastgoed van De Key. Wat is uw indruk?
KV: Ik zie dat Amsterdam enerzijds geweldig en ‘booming’ is. Tegelijk is het zorgelijk dat wonen een ‘markt’ is geworden. Er zijn veel particuliere beleggers, grote en kleine. Zij vragen hoge huurprijzen, waardoor voor mensen met een bescheiden inkomen minder woningen beschikbaar zijn.
Zijn die een bedreiging voor De Key?
KV: Door commerciële ontwikkelaars en beleggers stijgen de grondprijzen. Beleggers zijn dus niet alleen een bedreiging voor De Key, maar voor de totale sociale woningbouw in het algemeen.
De Key verhuurt ook gemengde complexen met een concept erachter, bijvoorbeeld waarbij jongeren/studenten gemengd wonen met statushouders. Bij Riekerhaven en Elzenhagen worden huurders bijvoorbeeld geselecteerd op motivatie om bij te dragen aan de gemeenschap. Werkt dat goed?
KV: Ja, we zien dat hierdoor actieve bewoners instromen die zich inzetten voor het complex. Maar je kunt als corporatie zo’n gemengd complex niet even neerzetten, je moet blijvend alert zijn. Je moet mensen blijven motiveren om zich in te zetten voor de gemeenschap.
In het begin genereert het natuurlijk veel aandacht van onder andere de media, ook uit het buitenland. Maar je moet eraan blijven werken.
Hoe ziet u dat in reguliere wijken? Is daarvoor ook een concept voor gemeenschapsvorming?
KV: Door de jaren heen is de taak van de corporatie een stuk beperkter geworden. In de tijd van minister Vogelaar, rond 2007, waren er “krachtwijken” met een wijkaanpak. Door de nieuwe Woningwet in 2015 zijn corporaties die te veel deden aan wijkaanpak op de vingers getikt.
Botst die nieuwe woningwet niet met uw idealen?
KV: De Key ziet het natuurlijk wel, de problematiek in wijken, maar is geen specialist in hulpverlening. Daarom zijn er allerlei samenwerkingspartners, bijvoorbeeld de gemeente of zorginstanties. Die extra ondersteuning is belangrijk. Toen ik nog in Utrecht werkte was er een nauwe samenwerking met de buurtteams.
U hebt een complexe functie, er zijn spanningsvelden en tegenstrijdige belangen. Wat vindt u leuk aan uw baan?
KV: Het is zeker uitdagend. Maar dat je op deze positie het verschil kunt maken voor woningzoekenden, dat drijft mij. Dan is het extra fijn als het lukt om bijvoorbeeld een bepaalde bouwlocatie te bemachtigen om nieuwe huurwoningen te bouwen.
Ik zie om me heen dat niet alle mensen dezelfde mogelijkheden hebben. Wij als corporatie kunnen zorgen dat in ieder geval de belangrijkste basisbehoefte – woonruimte – is voorzien. Daar begint het mee, dat een vrouw of man een vaste plek heeft om in alle rust ontplooiing te vinden in studie of werk, of dat een kind een kamer heeft om huiswerk te maken. Daar wil ik wel een nacht over wakker liggen om dat te realiseren, met de beperkte financiële middelen die we hebben als woningcorporatie.
Problemen oplossen, is dat ook waarom u dit werk doet?
KV: Mijn ervaring is dat als iets helemaal niet lukt, je het om kunt draaien en kunt zeggen ‘als we er nu eens vanuit gaan dat het wél kan, wat hebben we dan nodig’? Dan word ik geraakt als het op die manier lukt, wanneer je een probleem benadert vanuit mogelijkheden en niet vanuit beperkingen.
En ik kan zo worden getroffen door de blijdschap van mensen die zich vervolgens intens verheugen op hun nieuwe huurhuis. Ooit, bij de presentatie van een nieuwbouwproject, kwam een aanstaande huurder aanlopen met z’n koffers gepakt, klaar voor de verhuizing. Dat ontroerde me enorm. Mensen die misschien nog negen maanden moeten wachten tot de oplevering, maar nu al zo blij zijn dat ze hun koffers klaar hebben staan om hun woning te kunnen betrekken.
Daarom is het voor mij belangrijk om huurders te kennen. In het nieuwe kantoorgebouw van De Key aan de Hoogte Kadijk hebben we alle vergaderzalen vernoemd naar mensen die belangrijk en vernieuwend zijn als het gaat om starten en wonen in Amsterdam. Dat zijn mensen uit de geschiedenis van De Key, en dat zijn ook huurders.
Brit en Hanneke, betrokken bij Bewonerscommissie 1013, strijden al jaren voor beter onderhoud. Hun complex ligt op de westelijke eilanden in het centrum van Amsterdam. Een gebrekenbrief bleek een belangrijk middel om problemen aan te kaarten. Lees onderaan hoe u ook een ‘gebrekenbrief’ kunt opstellen. Want als uw verhuurder in gebreke blijft, kunt u heel veel korting krijgen op de maandelijkse huurprijs.
Begin maart 2019 overlegt Hanneke met Hans Bakker van Stichting !WOON. De stichting geeft onder andere advies over huren, energie, organisatie en participatie. Hanneke wil met hulp van !WOON een bewonerscommissie oprichten. Arcade speelt daarbij een ondersteunende rol. Hanneke wil dat De Key achterstallig onderhoud aanpakt. Het is tijd voor actie.
Oprichting bewonerscommissie tijdens bewonersavond
Hanneke nodigt alle huurders van het complex uit voor een bewonersavond op 19 maart 2019. Tijdens die bewonersavond wordt de bewonerscommissie opgericht. Er komen maar liefst 22 bewoners op af. Brit is één van hen.
Onderhoudsproblemen in kaart brengen door enquêtes
Begin april 2019 ontvangen alle huurders van de bewonerscommissie een enquête. Een deel van de huurders zijn ook persoonlijk benaderd. Meerdere bewoners blijken met schimmelklachten en vocht te kampen. Sommige bewoners slapen hierdoor zelfs niet meer in hun slaapkamer.
Brit heeft van onderhoudsmensen van De Key vernomen dat er tijdens de bouw van het complex, zo’n veertig jaar geleden, fouten zijn gemaakt. Hierdoor spelen er op veel plekken dezelfde problemen.
Samen met !WOON een gebrekenbrief opstellen
In de tweede helft van 2019 overlegt de bewonerscommissie opnieuw met !WOON over de aanpak van de problemen. !WOON stelt voor te helpen met het inventariseren van de klachten om ze zo gebundeld naar De Key te sturen. Het is namelijk lastig om via de website van De Key meerdere problemen tegelijk te melden. Bovendien blijven structurele problemen zo onopgelost.
De bewonerscommissie hangt brieven op in de trappenhuizen. Op de brieven staat hoe bewoners contact op kunnen nemen met !WOON om de onderhoudsproblemen in kaart te brengen.
Een aantal bewoners maakt dankbaar gebruik van de uitnodiging om met !WOON in gesprek te gaan. Het wordt direct helder welke onderhoudsklachten bij de verhuurder kunnen worden neergelegd. Die klachten worden in een zogenaamde ‘gebrekenbrief’ gezet.
Simpele onderhoudsproblemen lost De Key vlot op, grote onderhoudsproblemen niet of nauwelijks
In de tweede helft van 2019 worden alle verzamelde gebrekenbrieven naar De Key gestuurd. Het duurt lang voordat de corporatie reageert, áls er al wordt gereageerd. Kleine onderhoudsproblemen worden verholpen. Grote onderhoudsproblemen, zoals schimmel en vochtproblemen, niet. Volgens Brit zijn dat nou juist de dingen waar mensen veel overlast van ondervinden.
Geen gehoor bij De Key dus een procedure bij de Huurcommissie
Volgens de zogenaamde Overlegwet die het contact tussen huurders en verhuurders regelt, moet de woningcorporatie de onderhoudsklachten binnen zes weken na melding verhelpen. Op de onderhoudsklachten van Brit reageert De Key niet. Ze start daarom een procedure bij de Huurcommissie.
De Huurcommissie bemiddelt bij conflicten tussen huurders en verhuurders. Een procedure bij de Huurcommissie moet altijd bij de corporatie worden aangekondigd. Brit start in juni 2020 een procedure. De Huurcommissie heeft het druk. Na ruim een half jaar komt er pas iemand langs.
De Key probeert een procedure bij de Huurcommissie te ontmoedigen
Pas nadat Brit een procedure bij de Huurcommissie is gestart, komt er een opzichter van De Key langs. De opzichter wil kleine gebreken wel verhelpen maar pakt structurele onderhoudsproblemen zoals schimmel en vocht niet aan. De Key probeert de bewoners over te halen om de procedure te stoppen. Door ‘makkelijke’ reparaties te beloven, of door je voor te houden dat een procedure bij de Huurcommissie je veel geld kan kosten. Volgens Brit klopt het echter niet dat een procedure je veel geld kost. Als huurder betaal je namelijk nooit meer dan 25 euro. Je kunt daarentegen wel heel veel korting op de huurprijs krijgen als de verhuurder de problemen niet oplost. Vandaar, waarschijnlijk, dat De Key probeert te verleiden met klein bier.
Brit is niet van plan haar procedure te beëindigen, want de structurele problemen van vocht, schimmel en scheuren zijn niet verholpen. ‘De Key moet allereerst de grote problemen aanpakken, die zorgen voor de meeste overlast.’
Om onderhoud aan te pakken is een sterke bewonerscommissie van levensbelang
‘Er zijn nog steeds weinig grote problemen echt aangepakt in ons complex,’ stelt Brit. ‘Intussen zijn er op 18 mei 2021 door De Key wel nieuwe loodflappen onder de balkons geplaatst. Die loodflappen moeten vochtklachten bestrijden. We zullen het zien. Er zijn helaas al mensen noodgedwongen verhuisd omdat hun woning onleefbaar was geworden door giftige, rode schimmel. Direct nadat deze mensen hun woning verlieten stond er een zwammenbestrijder op de stoep om het probleem aan te pakken. Waarom pas toen?’
Brit stelt dat een sterke bewonerscommissie van levensbelang is om gezamenlijk onderhoudsproblemen aan te kaarten. Haar commissie praat voortdurend met bewoners. Zo wijst Hanneke op huurdersrechten en stimuleert ze bewoners om dat bij De Key te benadrukken. Arcade leverde informatie aan over huurdersrechten en de doelstellingen van de sociale huursector.
‘Door een sterke bewonerscommissie weet De Key dat niet alles zomaar geaccepteerd wordt,’ zegt Brit. Ze besluit: ‘bewoners kunnen samen dus wel degelijk het verschil maken.’
Wat is een ‘gebrekenbrief’?
In een huurhuis kunnen allerlei problemen zijn die de huurder niet kan oplossen. Denk aan lekkage, schimmel, tocht, ondeugdelijke leidingen, hout- en betonrot en slechte ventilatie. De verhuurder (de eigenaar van het vastgoed) is verplicht om deze gebreken aan te pakken en te verhelpen.
Doet de verhuurder dat niet, dan kan de huurder tóch afdwingen dat de problemen worden opgelost, of dat er anders een flinke huurverlaging komt totdat reparaties zijn verricht en onderhoud is gepleegd.
Maar dat gaat niet vanzelf. Om noodzakelijke reparaties en onderhoud (of anders huurverlaging) af te dwingen is het noodzakelijk dat er contact wordt gezocht met de Huurcommissie én dat er een brief met een opsomming van de problemen wordt gestuurd naar de verhuurder. Zoiets heet een ‘gebrekenbrief’.
De ‘gebrekenbrief’ gaat als volgt (bron: Stichting WOON!):
U meldt de klachten schriftelijk aan de verhuurder. U kunt hiervoor deze voorbeeldbrief melding onderhoudsklachten van de Huurcommissie gebruiken (zie onder). Heeft u de klachten nog korter dan 6 maanden geleden schriftelijk gemeld (en u heeft een kopie), dan kunt u deze stap overslaan.
Reageert de verhuurder niet, dan dient u na 6 weken een ‘verzoekschrift onderhoudsprocedure’ in bij de Huurcommissie (zie onder). Hecht een pdf aan van de eerder verstuurde gebrekenbrief aan de verhuurder.
U ontvangt een ontvangstbevestiging met een betalingsverzoek van € 25,–. Dit moet u meteen betalen, anders gaat de procedure niet door. Na betaling start de procedure meteen. Wordt u in het gelijkgesteld, dan krijgt u het geld terug. Mensen met een klein inkomen kunnen vrijstelling krijgen.
De Huurcommissie stelt een onderzoek in, er komt een zitting en dan volgt de uitspraak. Bij heel ernstige klachten wordt de huurprijs verlaagd naar 20% van de betaalde huur (rekenvoorbeeld: uw huurprijs van € 500,- gaat dan naar € 100,-). Bij minder ernstige gebreken volgt verlaging naar 30% of 40% van de betaalde huurprijs (uit hetzelfde rekenvoorbeeld: € 150,- en € 200,–).
Ook gebreken die niet op de lijst staan, maar wel het woongenot (ernstig) schaden, kunnen tot verlaging leiden. De verlaging gaat in op de eerste van de maand nadat de gebreken bij de verhuurder gemeld zijn.
Na herstel van de gebreken geldt weer de oude huurprijs.
Handige links
- Op de website van stichting WOON! vindt u meer informatie over gebreken en wat u kunt doen.
- De modelbrief voor gebreken kunt u hier downloaden.
- Het verzoekschrift onderhoudsprocedure kunt u hier invullen en versturen naar de Huurcommissie.
- Vindt u dit ingewikkeld, neem dan contact op met Stichting WOON!
Arcade werd afgelopen februari getipt door een oplettende buurtbewoner, die ontdekte dat De Key een sociale huurwoning aan de Realengracht had geliberaliseerd. Dat wil zeggen dat de woning niet langer beschikbaar was op Woningnet maar werd aangeboden op de commerciële huurmarkt voor een fors hogere huurprijs. De tussenwoning, aangeboden op de Funda-website, was binnen week verhuurd voor een kale huur van maar liefst € 1.600,– per maand.
Vanaf 2020 gelden voor de verkoop van sociale woningen strikte afspraken per stadsdeel. Het Amsterdamse gemeentebestuur en de woningcorporaties, inclusief De Key zijn deze afspraken overeengekomen om verdere afname van de betaalbare woningvoorraad te stoppen. Op enkele uitzonderingen betekent dit voor Centrum West een verkoopstop van sociale woningen voor de wooncorporaties.
Liberalisatie is ook een soort verkoop
Liberalisatie, dat door de Autoriteit Woningcorporaties wordt beschouwd als gelijk aan verkoop, is voor woningcorporaties en de gemeente Amsterdam een smal geitenpadje om sociale huurwoningen tóch te kunnen vercommercialiseren, ondanks een verkoopstop in bepaalde stadsdelen. Dat was dus hier het geval.
Tegenwoordig bezit De Key op de drie Westelijke Eilanden, verdeeld over meerdere wooncomplexen, nog maar rond de 1.000 huurwoningen. Ooit, met het realiseren van stedelijke vernieuwing van de Haarlemmerbuurt in de jaren ’80, stond toen nog genaamd Lieven de Key bekend als de grootse wooncorporatie met de meeste betaalbare woningen. Buurtbewoners noemde het gekscherend ‘De Eilanden van De Key’. Als je een sociaal huurwoninkje nodig had moest je bij De Key wezen.
Zo lukte het generaties Amsterdamse families om bij elkaar in de oude buurt te blijven wonen. Een klein wonder, dankzij De Key. Met de komst van de sociale woningbouw verdwenen de krotwoningen, maar het stigma van achenebbisj was hardnekkig op de Amsterdamse grachtengordel. Voor de oude generatie eilanders was de Haarlemmerdijk al ‘over het spoor’. Een wereld in een wereld.
Het Bickerseiland is overigens geen eiland meer. Sinds de aanleg van de spoordijk in 1878 kan je vanaf de Westelijke eilanden onder het spoor door richting de Haarlemmerdijk. Verstopt achter het spoortalud zijn de eilanden een wereld op zichzelf, losgezongen van de Haarlemmerbuurt.

Tevreden huurders
Met het geleidelijk opdoeken van scheepswerven en industriële werkplaatsen transformeerde de werkeilanden naar een aantrekkelijke buurt in de luwte van de drukke Amsterdamse binnenstad.
Huurder Paul is een van de Amsterdammers die ooit met zijn jonge gezin van elders uit het centrum op het Realeneiland kwam. Paul: ’In die tijd was er ook woningnood.’ Buurtbewoners en toekomstige huurders werden door De Key met inspraakrondes betrokken bij de nieuwbouwplannen voor het braakliggende terrein waar voorheen tabaksindustrie gevestigd was (de BATCO). Als bewoners van het eerste uur sloeg Paul met buurtgenoten in 1986 de eerste paal in de grond. Het gezin is er nooit meer weggegaan. En nadat het verzoek aan De Key om in aanmerking te komen van de Hoog naar Laag-regeling zonder dralen werd ingewilligd, is de grootste verandering slechts een ander huisnummer.
Paul: ’We wonen op een stille gracht slechts tien minuten van de Dam, wat wil je met zo’n uitzicht nog meer?’ Paul is een tevreden huurder en kent de buurt van haver tot gort. Gewild en inmiddels onbetaalbaar voor velen. Maar betaalbaar wonen is een recht, ook op een unieke plek. Paul heeft geen kwaad woord over voor De Key. Hij was daarom des te meer verbaasd toen hij hoorde over de – op Funda aangeboden – vrijgekomen huurwoning in zijn wooncomplex, die daardoor nu niet meer sociaal was.
De politiek moet hier wat aan doen
‘Het is wrang wanneer er sociale woningen voor vrijesectorprijzen worden verhuurd,’ vindt Paul, ‘Maar de oorzaak dat wonen voor een steeds grotere groep in de samenleving onbetaalbaar wordt, ligt bij de politiek en niet zozeer bij de corporaties. Ik noem de absurde verhuurderheffing.’ Paul bedoelt de miljardenbelasting die woningcorporaties aan het Rijk moeten betalen over hun sociale woningbezit. Paul is positief over de komst van de nieuwe vrije sectorburen. Paul: ‘De dames kwamen direct even aankloppen om kennis te maken. Ze zijn blij met hun nieuwe woning maar ze betalen natuurlijk wel de hoofdprijs.’ Voor een woning die voordat de oude bewoner verhuisde dus nog betaalbaar was.
Naast de woning aan de Realengracht zijn in 2020 minstens zes vrijgekomen sociale huurwoningen op het Realeneiland verhuurd in de vrije sector. Al deze geliberaliseerde woningen bevinden zich in het gebied Centrum West. Hier gelden de eerder genoemde Samenwerkingsafspraken 2020-2023.
Zeven sociale huurwoningen gered
Nadat Arcade is getipt over de liberalisatie, is de huurdersvereniging direct in actie gekomen. De Key heeft naar aanleiding van kritische vragen van Arcade besloten om zeven woningen die zij hadden bestemd voor verhuur in de vrije sector (ondanks de afspraken om dit niet te doen) toch niet over te hevelen naar de commercie. Deze zeven woningen zijn dus behouden als sociale huurwoning en kunnen zeven wachtenden op Woningnet gelukkig maken.
Moraal van het verhaal: als huurders aan de bel trekken wanneer een woningcorporatie zich niet aan afspraken houdt, bijvoorbeeld door tóch sociale huurwoningen te verkopen of veel duurder te maken, dan kan Arcade De Key eraan herinneren dat er toch echt afspraken liggen waar zij zich aan te houden hebben. In dit geval zijn door deze actie zeven Amsterdammers een betaalbaar huis gegund gebleven.
Huurders kunnen (vermeende) verkochte of geliberaliseerde sociale huurwoningen melden door contact op te nemen met Arcade. Een rondje speuren op Funda bij aangeboden huurhuizen in de buurt geeft al veel informatie. Alle tips zijn welkom.
Hoera, eindelijk een nieuwe woning gevonden. Mooier of beter, groter of kleiner, in of buiten de stad, koop of huur. Maakt niet uit. Gewoon blij om iets naar de zin gevonden te hebben. Nadat de huur is opgezegd komt de beheerder langs om de woning te inspecteren. Het inpakken kan beginnen. Ook de nieuwe woning moet natuurlijk ‘woonklaar’ worden gemaakt. Een drukke periode breekt aan.
Een paar weken voor de opzegdatum komt de beheerder opnieuw langs voor een voorinspectie, want de woning moet worden opgeleverd zoals de huurder die oorspronkelijk kreeg. De vertrekkende huurder krijgt derhalve een lijst voorgeschoteld met alles wat hij moet verwijderen. Dat niet alleen. Tot diens verbazing vermeldt de lijst ook de kosten die hij moet betalen als hij de genoemde zaken niet verwijdert. Of hij de lijst maar even willen ondertekenen.
Van diverse huurders is vernomen dat zij zich overvallen hebben gevoeld en onder druk zijn gezet om de lijst te ondertekenen, in een toch al hectische verhuisperiode. Zij hebben achteraf spijt dat zij dit hebben gedaan. Zeker omdat een aantal van de te verwijderen voorzieningen golden als ‘blijvende verbetering’. En soms ook omdat achteraf bleek dat de woning helemaal werd gestript.
Helaas getuigt De Key zich onvermurwbaar. Er is getekend, alles moet worden verwijderd of het wordt betalen.
De Key zou huurders kunnen laten weten dat de handtekening niet verplicht is. In het Burgerlijk Wetboek nr. 7, artikel 215/216 over het klusrecht staat onder andere dat verbeteringen aan de huurwoning van blijvende aard kunnen zijn. En dat huurders daarvoor zelfs een vergoeding kunnen krijgen van de verhuurder.
Bij een geschil zal de rechter moeten beslissen. Uit jurisprudentie is bekend dat zo’n ‘handtekening-onder-druk’ herroepen kan worden. Helaas informeert De Key de huurders hierover niet. Wel staat deze informatie in het ZAV-reglement (Zelf Aangebrachte Voorzieningen). Maar het ZAV-reglement is geen dagelijkse lectuur voor de meeste huurders en bereikt hen daarom niet of nauwelijks.
Overigens is het vreemd om voor een totale ‘opleverlijst’ in z’n geheel te tekenen. Over elk onderdeel zou, bij wijze van spreken, apart onderhandeld kunnen worden. Daartoe heeft een huurder het recht. Uiteraard is de huurder verplicht de woning netjes achter te laten. Dat is geen punt van discussie. En in een gesprek met de bezichter kan uiteraard worden besproken wat de huurder doet en laat. Maar een handtekening zetten onder een soort opleveringscontract is niet verplicht. Het verzwakt juist de positie van de huurder bij een geschil. Met handtekening is de kans namelijk groot dat de huurder voor (te) hoge kosten opdraait. Zonder handtekening zal De Key eventuele onrechtmatigheden bij de rechter moeten neerleggen. Voordat De Key een dergelijke stap neemt moet de woning wel in heel abominabele staat zijn, het zal dan niet gaan om een paar spijkertjes in de muur of een inbouwkast.
Kortom: onderteken niets over de oplevering van de woning. Dit is niet verplicht. Neem deze wijze les ter harte.